Aline Arends over...

In een serie van 12 interviews onderzoekt Topvrouwen Bouw & Infra verschillende stellingen bij rolmodellen in de sector.

OP BEZOEK BIJ ROLMODEL ALINE ARENDS

Nieuwsgierig wandel ik het van der Valk hotel in De Bilt binnen. Vandaag ontmoet ik Aline Arends, Topvrouw en Rolmodel binnen de Infrasector. Aline studeerde af in Civil Engineering aan de TU Delft. Aline rondt momenteel haar laatste werkzaamheden af als Directeur Inkoop- en Contractmanagement bij Rijkswaterstaat. De werkgever waar ze haar carrière destijds ook begon als Projectleider Delta. Met een tussenstap bij het Ministerie van Verkeer- en Waterstaat keerde ze terug naar Rijkswaterstaat, waar ze onder andere de “marktvisie” in haar portefeuille kreeg.


WAAROM ZEI JE JA TEGEN DIT INTERVIEW?

Ik voelde me vereerd toen je vroeg mij te interviewen als rolmodel voor het netwerk. Een soort waardering voor zowel mij als persoon als voor mijn professionaliteit. Daarbij is het in onze sector ook écht een thema; vrouw zijn binnen een mannenomgeving. Ik laat vrouwen graag zien wat mij drijft en wat mij tot hier bracht. Ook wil ik vrouwen stimuleren om binnen dit of hun eigen netwerk problemen en dilemma’s die je pad blokkeren te delen met anderen.

Quote: “Leer binnen een masculiene omgeving je dilemma’s en uitdagingen expliciet te maken alvorens je ze deelt”.

OVER JOU, WAAR KOM JE VANDAAN EN ZIT JE INTERESSE IN DE TECHNIEK IN DE GENEN?

Ik ben opgegroeid in Maastricht, in een medische familie. Met twee jongere broertjes, vader hoogleraar en moeder docent verpleegkunde en een, maakte ik een afwijkende keus door economie als mogelijke optie te nemen na mijn VWO. Omdat ik mezelf te jong vond besloot ik mezelf wat tijd te geven en een jaar high school in Amerika te gaan volgen. Een andere cultuur en ver van huis een jaar, maakte me steviger en wijzer. Ik merkte dat jaar dat ik natuur- en scheikunde echt miste en ik het vak programmeren heel leuk vond. Met die ontdekking  en mijn interesse voor infrastructurele werken als de Oosterscheldekering en het Prins Clausplein gaf ik op afstand mijn moeder de opdracht om aan mijn oude natuurkunde leraar te vragen of een Civiele studie aan een Universiteit geschikt voor mij zou zijn, waarop hij antwoordde: “Zou kunnen, misschien, maar het zal op de tenen lopen zijn voor Aline”. Deze reactie maakte dat ik mij zonder twijfel inschreef voor Civil Engineer bij de TU Delft.  

 

VERTEL EENS OVER JOUW CARRIÈRE?

Na mijn studie begon ik als Projectleider Delta bij Rijkswaterstaat. Met als eerste project “Verruiming van de Westerschelde”. Ik leerde mijzelf gedurende deze periode  kennen. Ik was niet van de inhoud en als generalist bleek ik goed om uitkomsten van haalbaarheidsstudies te vertalen naar de maatschappelijke omgeving. Ik groeide door naar Projectmanager Kust- en veiligheid. Nieuwsgierig als ik ben wilde ik weten waar deze plannen ontstonden en hoe er beleid op gemaakt werd en hoe het nou echt werkt binnen de politiek. Ik maakte de overstap naar het Ministerie van Verkeer- en Waterstaat en ik zie deze periode nog steeds als een enorme ervaring en goede leerschool. Ik maakte beleid en werkte als projectmanager aan complexe inhoudelijke projecten en proefde aan het lijnmanagement.

Dat laatste maakte dat mijn oog viel op een vacature bij Rijkswaterstaat Afdelingshoofd Baggerwerken. Ik miste de concrete resultaten buiten en wilde graag leiding gaan geven. Ik werd aangenomen. Bij Rijkswaterstaat (RWS) kreeg ik 30 man onder mijn hoede. En het leidinggeven bleek me meer aan te spreken dan ik dacht. Tijdens mijn carrière binnen RWS heb ik verschillende rollen gehad, als portfoliomanager was ik opdrachtgever naar de markt voor de onderhoudsprojecten in zeeland en op de Noordzee. En… hoe leuk dat ik het onderhoud van de Oosterscheldekering in de portefeuille kreeg. Een droom. Daarna was ik programmamanager Marktvisie en heb ik de interim-rol van Directeur Inkoop- en Contractmanagement vervuld.

“Je moet wel je vinger opsteken”

Ik heb wel geleerd dat je mag laten zien wat je kunt. Het lijken dooddoeners, maar soms werkt het wel zo simpel. Als je je vinger niet opsteekt, zien leidinggevenden  niet dat jij interesse hebt in die positie. Een directeur vertelde mij ooit, dat het enkel mijn positieve, actieve en kritische houding tijdens een belangrijk overleg was, dat ik op een “lijstje” kwam van mogelijke kandidaten voor de functie. Dan moet je wel laten weten dat je interesse hebt.

    

WIE HEEFT JOU AANGEMOEDIGD IN JE CARRIÈRE? OF DEED JE ALLES ZELF?

Ik ben van nature gedreven en vol ambitie, maar wel op een gedegen en bewuste manier. Dus ik moedig mijzelf zeker aan. Maar ook de diverse opleidingen hebben me veel gebracht. Ik volgde een leergang voor directeuren bij de Rijksoverheid., samen met andere potentials. We hebben daar veel geleerd over onszelf en over leiderschap. Ik heb daar ook waardevolle relaties aan overgehouden.
En zeker ook mijn ouders hebben me gesteund. Juist omdat ik uit een medische familie kom zijn ze apetrots dat hun dochter een andere richting koos en vertellen trots over mijn carrière.

 

ZIEN WE JOU IN EEN BESTUUR OF COMMISSARIAAT TERUG?

Ja,denk ik wel! 

 

HOE COMBINEER JE MOEDERSCHAP EN DEZE BAAN?

(Grapje) Deze vraag stellen we je niet. Want dat doet ook niemand bij mannen aan de Top.

 

EN DAN DE STELLING DIE WE 12 VROUWEN VOORLEGGEN: “SAMENWERKING IN DE BOUW STAGNEERT DOOR ONTBREKEN VROUWEN OP TOPPOSITIES?”

Ja, ik denk het wel. Maar ik denk dat het niet alleen een gebrek aan vrouwen is. velen die nu aan de top zitten, zijn groot geworden  vanuit de techniek. Vaak met een blik op vooral het eigen bedrijf en beloond op behalen van eigen winst. Dat zijn andere waarden dan nu nodig zijn; verbinding met de buitenwereld en samenwerken. Ik denk dat veel vrouwen dit van nature meer doen. Een vrouw in het bestuur zal daar de nadruk op leggen. 

 

WAT VIND JIJ VAN VROUWENNETWERKEN?

Doen. Zoals ik in het begin van het interview al aangaf. Netwerkbijeenkomsten en/of intervisie het maakt je scherp en brengt je verder. Met elkaar scherp je jouw zakelijke en zakelijk/persoonlijke dilemma’s aan tot duidelijke vraagstukken en dus makkelijker in te brengen binnen jouw (vaak) masculiene omgeving.

 

WAT WETEN MENSEN NIET VAN JOU?

Dat ik ook aan edelsmeden doe. Ik maak mijn eigen sieraden. (werkelijk prachtig, aldus Nina). En wanneer de kinderen uit huis zijn, droom ik van een wereldreis met mijn partner van minstens drie maanden.

 

ALS LAATSTE, WAT DOE JE ZELF EIGENLIJK OM TOEKOMSTIGE VROUWEN AAN TE MOEDIGEN?

Veel! Ik ben techniekdocent op de school van mijn kinderen en voor VHTO geef ik regelmatig gastlessen op basisscholen om leerlingen positief kennis te laten maken met onze sector. Ik voel hierin ook een maatschappelijke verantwoordelijkheid, zowel voor meer meisjes in de techniek als voor het algemene arbeidskrachten tekort binnen de sector.

FOTO'S.
Aline Arends

Welke tips heb jij voor andere vrouwen?

  1. Kies bewust omgevingen waar mensen rondlopen waar JIJ echt van wil leren. (Ik koos soms voor de leidinggevende en niet voor het project).
  2. Maak jezelf positief zichtbaar. On- –en offline. Laat je horen en steek je vinger op?!
  3. Spreek je ambitie uit.
  4. Gun jezelf opleiding met mensen die uit andere sectoren of bedrijven komen. Leerzaam!
  5. Ervaar je vrouw zijn en daarin anders zijn als iets unieks en van toegevoegde waarde.
  6. Voer open netwerkgesprekken, netwerken is iets waar je jezelf bewust van moet zijn (investering).
  7. Zoek een intervisiegroep met gelijkgestemde vrouwen, help elkaar binnen zakelijke cases en maak elkaar vooral beter!
  8. Reflecteer regelmatig op situaties, maar ook op jezelf: waar sta ik? Waar ben ik mee bezig? Werk ik naar mijn doel toe?
TERUG. naar HOME
Ontmoet topvrouwen op de bijeenkomsten